Vannacht, als in: de paar uren die ik niet boven het toilet doorbracht, droomde ik dat ons huis werd leeggeroofd. Heel kortzichtig van me, want het waren Unal's werkkrachten geweest die de sleutel hadden bijgemaakt en onze inboedel tot zich hadden genomen.
Deze ochtend stond ik met dat waanbeeld op, ik kon het niet van me afzetten. Eens de thee bij meme naar binnen was gewerkt won mijn nieuwsgierigheid het van mijn rede en reed ik in zeven haasten terug naar Gent. Hoe dichter ik de buurt naderde, hoe meer ik besefte dat ik raaskalde. Eens de juiste sleutel in het voordeurslot stak, wist ik eigenlijk al dat het ok was. Het Aldi-foldertje hing door de brievenbus alsof het in de hitte van de voorbije dagen op zoek was gegaan naar wat frisse lucht.
De oven zat nog waar hij moest zijn, geen tekenen dat iemand ons huis had betreden. Toch bekroop me het gevoel dat er iets niet klopte. Ik bekeek nog even het geleverde werk, bedacht me dat er nog wel wat uren zouden inkruipen. Toen ik op het punt stond de lichten te doven, zag ik het.
Het schuifraam.
Wagewijd opengelaten.
Al een dag of 5.
Ik weet dat mocht je bij me zijn geweest, we allereerst -want dat doen wij nu éénmaal altijd- een schuldige hadden gezocht , waarna we ongetwijfeld onszelf gelukkig zouden geprezen hebben dat er niets was gebeurd. Ik hou van je relativeringsvermogen, en wat dat me me doet. Er had vermoedelijk zelfs een grapje afgekunt.
In de plek daarvan, heb ik een potje gejankt.
Ps: Je hebt m'n hart.
Deze ochtend stond ik met dat waanbeeld op, ik kon het niet van me afzetten. Eens de thee bij meme naar binnen was gewerkt won mijn nieuwsgierigheid het van mijn rede en reed ik in zeven haasten terug naar Gent. Hoe dichter ik de buurt naderde, hoe meer ik besefte dat ik raaskalde. Eens de juiste sleutel in het voordeurslot stak, wist ik eigenlijk al dat het ok was. Het Aldi-foldertje hing door de brievenbus alsof het in de hitte van de voorbije dagen op zoek was gegaan naar wat frisse lucht.
De oven zat nog waar hij moest zijn, geen tekenen dat iemand ons huis had betreden. Toch bekroop me het gevoel dat er iets niet klopte. Ik bekeek nog even het geleverde werk, bedacht me dat er nog wel wat uren zouden inkruipen. Toen ik op het punt stond de lichten te doven, zag ik het.
Het schuifraam.
Wagewijd opengelaten.
Al een dag of 5.
Ik weet dat mocht je bij me zijn geweest, we allereerst -want dat doen wij nu éénmaal altijd- een schuldige hadden gezocht , waarna we ongetwijfeld onszelf gelukkig zouden geprezen hebben dat er niets was gebeurd. Ik hou van je relativeringsvermogen, en wat dat me me doet. Er had vermoedelijk zelfs een grapje afgekunt.
In de plek daarvan, heb ik een potje gejankt.
Ps: Je hebt m'n hart.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten